1 november 2019

De herinnering aan hen levend houden en daarmee ook onszelf

Geschreven door Pieter Hartevelt

Ik heb net een doos vol spullen leeggemaakt. Deze werd zojuist door de dochter van een bewoner van ons verzorgingstehuis aan mij gegeven. Annie, haar moeder, was de week ervoor overleden. Een halfjaar geleden verhuisde Annie vanuit Veendam naar Den Haag. Zo was ze wat dichter bij haar kinderen. Met de cognitieve vermogens ging het ook niet meer zo goed en dus kwam Annie in verzorgings- en verpleeghuis Landscheiding. ‘Mevrouw is gelovig’ stond in de mutatie. Dus werd mij gevraagd kennis te gaan maken met mevrouw.

Niet lang daarna hoorde ik wat geschuifel bij de lift tegenover mijn kantoor. Daar stond Annie. Vriendelijke, zoekende ogen, kleurig bloesje. ‘Ik kan mijn kamer niet vinden. Waarom zijn die gangen zo lang?’ ‘Zal ik met u meelopen?’, vroeg ik. ‘Ja graag!’ Het was het begin van een vriendschap. Annie was soms boos, verdrietig en gefrustreerd om de ouderdom met de spreekwoordelijke gebreken en op de Lieve Heer ‘die ook niets deed.’ Toch nam Annie graag deel aan de activiteiten van de Dienst Geestelijke Verzorging. Als ze mij te lang niet gezien had, dan wees Annie mij daar even op.

Nog wat religieuze spulletjes

Door een hersenbloeding na een val verergerde haar toestand snel. Dat was in augustus. Een tweede was fataal. Na kort in coma te hebben gelegen sliep Annie rustig in. Zonder pijn. De familie vroeg me om bij Annies afscheidsdienst nog iets te zeggen. Dat deed ik graag.

Maandag erna. Annies kamer is leeg. ‘Ik heb nog wat religieuze spulletjes van mama,’ zegt de dochter. ‘Weet je, ik heb er weinig mee, maar wil ze ook niet zomaar wegdoen.’ Op mijn bureau staan ze nu uitgestald: kaartjes met bemoedigende bijbelteksten, gedichtenbundels, een houtsnijwerk met ‘geloof, hoop en liefde.’

Herdenken doe je niet zomaar

Ieder jaar worden rond Allerzielen in Landscheiding de bewoners herdacht die het afgelopen jaar overleden zijn. Annie zal dit jaar een daarvan zijn. Kaderleden, verzorgenden en anderen zijn gevraagd om mee te denken ter voorbereiding. Hoe gaan we het doen? Moet er een koor komen? Doen we iets met bloemen of met kaarsen?

De behoefte aan herdenken is nog steeds een diepgevoelde. Herdenken doe je niet zomaar. Een ritueel moet het herdenken stroomlijnen, inkaderen en tegelijk ruimte en tijd bieden om met gemis en rouw om te gaan. Ritueel biedt nabestaanden de mogelijkheid door te gaan met leven.

Lijntjes met onze dierbaren

In het boekje ‘Herinnering aan alle zielen. Nieuwe rituelen om de doden te herdenken’ zegt auteur Berber Bijma dat ‘rituelen aangeven dat een gemeenschap en haar leden bestaansrecht hebben. Wie treurt om iemand die overleden is en diegene in herinnering roept, laat zien dat de overledene deel uitmaakt van de groep.’

Bij een uitvaart zeg ik vaak dat herinneringen de lijntjes zijn die ons met onze dierbaren verbonden houden. De leegte die zij achterlaten heeft hun vorm. De herinneringen aan ons die achterblijven neemt de overledene mee. Zo sterven we zelf ook een beetje. Door het noemen van de namen van al die Annies, Willems, Lisa’s en anderen houden we de herinnering aan hen levend en daarmee ook onszelf.

Over Pieter Hartevelt

Pieter Hartevelt

Pieter Hartevelt woont in Rijswijk en is geestelijk verzorger bij ouderenzorgorganisatie Cardia, locatie Landscheiding, te Den Haag. Daarnaast is hij beschikbaar als spreker bij uitvaarten. https://pieterhartevelt.wordpress.com/

Gerelateerd