19 september 2016

Tijdens mijn preken wordt er geregeld gelachen, mijn God kan tegen een grapje

Geschreven door Jaap Marinus

“Hahaha, nee, bel zaterdag maar even weer. Ik heb een drukke dag gehad.” Het is donderdagavond, bijna 22.00 uur en ik bel met Reinhold Philipp, predikant in Den Haag. Bij het horen van mijn naam moet Reinhold altijd even lachen. We hebben elkaar meerdere malen ontmoet en de herinnering aan deze ontmoetingen doen ons beiden altijd wel even lachen. Tenminste, ik denk dat dat het is. Het tijdstip waarop ik bel is een beetje onorthodox, dus ik bel zaterdag weer, voor een interview naar aanleiding van zijn Preek van de Week: Mijn God kan tegen een grapje.

“De grootste grap in mijn preek is eigenlijk dat ik heel expliciet afwissel tussen God als man en God als vrouw. We zeggen wel dat we beeld en gelijkenis zijn, maar we zijn allemaal verschillend. Blank, zwart, man, vrouw, dik, dun. Het is een soort van humor dat we juist zo verschillend zijn en niet op elkaar lijken en in die verscheidenheid het beeld van God zijn. Om dat duidelijk te maken zeg ik soms ‘Haar’ of ‘Zij’ als het om God gaat. Dat hield de aandacht na de dienst nog even vast, haha. Mensen dachten: ‘heb ik dat nou goed gehoord?'”

Kinderen naar de kelder

“In Den Haag is men gewend dat ik geregeld met een grap begin en dat er gelachen kan worden tijdens mijn preek. In andere remonstrantse gemeenten zie ik de mensen soms voorzichtig kijken en denken ‘was dat nou een grap’? Over het algemeen hebben remonstrantse diensten een iets serieuzere aard, maar bij mij weten ze dat er af en toe een grap komt. Soms maak ik ook grappen waar niet om gelachen wordt en af en toe zit er een grap tussen die ik zelf niet had gezien. Zoals die keer dat ik de kindernevendienst aankondigde.”

“Onze kindernevendiensten zijn beneden, dus ik zei: ‘de kinderen gaan naar de kelder.’ Daar werd om gelachen en ik snapte er niks van. Ik zei tegen de gemeente: ‘wat is er? Ze gaan toch naar de kelder?’ Weer gelach. Wat bleek? Naar de kelder gaan is een soort uitdrukking van verongelukken, het wordt gezegd over een schip dat gaat zinken, haha. Ik had souterrain of ‘naar beneden’ moeten zeggen, maar dat snapte ik dus niet.”

Wel humor, geen kritiek. Ook niet van nieuwkomers

“Nieuwkomers kwamen na de dienst om na te praten. Dat ging echt over de preek. Maar de mensen die afkomen op de campagne zijn het in zekere zin al met je inhoud eens. Je krijgt geen mensen in je dienst die het vreselijk vinden. Het was wel een puntje hoor, die humor. Zoals predikant Antje van der Hoek schrijft in haar reactie: een humorvolle God voorspiegelen kan ook polariserend werken. Met onze kerkenraad heb ik overlegd: moeten we niet voorzorgsmaatregelen nemen? Straks krijgen we een steen door de ruit. Gelukkig bleek dit niet nodig. Het was ook de zondag van het carnavalsweekend, dus de Preek van de Week had een goede timing.”

“Ik was eigenlijk wel blij met deze uiting voor mijn preek. Ik ben bij het afscheid van onze algemeen secretaris Tom Mikkers een paar keer op de foto gezet. Op iedere foto sta ik lachend. Zo kennen mensen mij. Ik zei het ook tijdens deze Preek van de Week: ‘u weet dat ik van lachen hou en ik vind het niet raar dat er af en toe een grap in de preek zit.’ Dat was erg herkenbaar voor de mensen. Ik lach veel, haha.”

Dit interview is gehouden naar aanleiding van de onlangs gepubliceerde bundel met Preken van de Week zoals die voorkomen op de diverse themapagina’s op deze website. In het boek staat na iedere Preek van de Week een reactie van een andere remonstrantse predikant. 

Gerelateerd