Judas staat dichter bij Jezus dan je denkt
Geschreven door Alke LiebichJudas is de man wiens naam meer dan welk ander bijbels personage staat voor zijn gedrag. Judas. Judaspenning. Judaskus, judasloon en meer in het woordenboek. De discipel ook die eeuwenlang stond voor de zwartste bladzijden van het christendom: antisemitisme. Judas werd vereenzelvigd met de Joden. Middeleeuwse legenden schetsten leven en motieven in de donkerste kleuren, die eeuwen lang populair bleven. (de legenda aurea, een geschrift uit de dertiende eeuw; wikipedia m.n. lemma Judas) Judas was kennelijk een goed personage om alle haat en onverdraagzaamheid op te projecteren. Judas speelt een zwarte rol in het drama van de mislukking van Jezus dat uitloopt op kruisiging en verhoging – Wat doen we met die zwarte rol?
Wanneer we Jezus volgen, denkbeeldig, in deze stille week, dan vereenzelvigen we ons vaak met bange discipelen, met de overenthousiaste en later hardnekkig ontkennende Petrus, met de schaamte van zijn tranen. Maar het verraad van Judas is een ander verhaal. Judas zorgt – naast Kajafas, Pilatus en de beulen – voor de slechterik met de slechte intentie tegen wie wij ons kunnen afzetten. Hij wordt in het verhaal dan ook uitgedreven. Hij moet verdwijnen: dood doordat hij zich verhangt, uit wroeging. Later in het bijbelboek Handelingen wordt hij uit de geschiedenis weggeschreven: een andere apostel – want het getal twaalf moet worden aangevuld – neemt zijn plaats in.
Radicalisering
Al ín de bijbel merk je dat het denken over het personage steeds meer radicaliseert: Johannes, het jongste evangelie – dus later geschreven – bevat veel interpretatie. Daarin staat dat de duivel bezit had genomen van Judas. Elders staat: het was beter dat hij nooit geboren was. Het zal maar gezegd worden: het was beter dat hij nooit geboren was; wat een uitspraak! In de compositie van de evangeliën moet dit een toevoeging zijn van later, vanuit de vroege kerk. Het levensrecht wordt hem ontzegd, als bij een ongeliefd familielid dat het verkeerde pad is opgegaan en aan wie je niet herinnerd wil worden. Hij lijkt vergeten te zijn, het is de bedoeling dat hij vergeten wordt. Maar zo is het dus niet gegaan: een pijnlijke geschiedenis is doorgegaan die ons nu confronteert met schuld en zondebok.
Judas is deel gebleven van ons verhaal: nadat de evangeliën hem op vele manieren als ongelukkige deugniet of slechterik presenteren, na de diep tragische vereenzelviging van Judas met het joodse volk en de rampzalige geschiedenis van Jodenhaat en Jodenvervolging is een belangrijke vraag: hoe willen we ons Judas te herinneren voor het heden, wat zien wij in de spiegel die dit personage ons voorhoudt? De Israëlische schrijver Amoz Oz, schreef enkele jaren geleden de roman JUDAS. De hoofdpersoon houdt zich bezig met de figuur van Judas maar het boek gaat ook over vriendschap en verraad, over het kwetsbare joodse volk en de hoop op een vredig Israël in de vijftiger jaren. De hoofdpersoon schetst Judas als de meest bevlogen discipel met de allerbeste bedoelingen, beter dan Jezus zelf. Met het verraad wil hij een verandering afdwingen: als Jezus zó bedreigd wordt móet God wel ingrijpen, zo is zijn overtuiging.
Judas de slechterik
Maar het liep anders: de diepste godverlatenheid – Mijn God mijn God waarom heb jij mij verlaten – in plaats van Hemels ingrijpen. Dat Judas hier niet mee kan leven – niet met zijn daad, maar nog minder misschien met zijn stukgeslagen verwachting, zijn vertrapte Godsbeeld – dat is te begrijpen, en het is dieptragisch: Judas eindigt in de godverlatenheid; hij heeft Pasen niet meegemaakt. Niet alleen Jezus maar ook Judas viel ten prooi aan zijn te hoge verwachting. Verraad? Wat is verraad? Over verraad laat Oz zijn hoofdpersoon zeggen: “Wie bereid is zichzelf te veranderen, wie de moed heeft zichzelf te veranderen, zal altijd beschouwd worden als een verrader door degenen die niet in staat zijn tot enige verandering en doodsbang zijn voor verandering en verandering niet begrijpen, elke verandering verafschuwen.”
Judas is een spiegel van bevlogenheid die te ver gaat, van liefde die verraad blijkt te zijn. Rehabilitatie van het beeld van ’Judas de slechterik’ is op z’n plaats. Als dát beeld van de geschiedenis in was gegaan, het beeld van tragische volgeling, in plaats van dat van verrader met voorbedachte rade, dan was de geschiedenis een andere geworden. Dat is de troost van het boek van Amos Oz: soms wordt de geschiedenis bepaald door een tragisch moment. Dat betekent dat het ook anders had gekund, het moet niet altijd zo door blijven gaan.
Pasen is Gods antwoord
Ik wil met Judas nog een stapje verder gaan: deze Judas staat in zijn teleurstelling en godverlatenheid dicht bij de lijdende Christus – die net zo eenzaam en teleurgesteld de kruisdood stierf. Daartegen steken de lafhartige discipelen maar bleekjes af. Twee vragen hoor ik aan mij en aan ons gericht: Hoe valt te leven met een stukgeslagen verwachting? Met een Godsbeeld in scherven? En: mag de zondebok er zijn? Heeft hij een plaats in onze herinnering en ons leven? Wie in blind idealisme verdwaald is – zeggen we dan ‘pleur op, rot toch op’ – en we wissen hem uit ons geheugen – je weet wie ik citeer en waar ik aan denk – Dan is het risico groot dat zijn schaduw ons in zijn greep krijgt. Ik wil daarmee niet beweren dat we onze westerse waarden dan maar ter discussie moeten stellen, maar ik maak me wel zorgen over onze taal: welk verhaal er verteld wordt, welke krantenkoppen ons toeschreeuwen en wat er in de geschiedenisboeken terechtkomt.
En hoe valt te leven met de stukgeslagen verwachting? Judas heeft zichzelf nog voor de kruisiging omgebracht. Zou het voor hem ooit Pasen geworden zijn? We weten niet hoe de Ene hem in zijn rijk ontvangen heeft. Hoe zal de Ene Judas ontvangen? Ik hoop, liefdevol. En ik vertrouw erop dat de Ene zó God is. Hoe kunnen wij leven met stukgeslagen verwachting? Ik ben geneigd te zeggen: dat vertel ik zondag. Want uiteindelijk is Pasen Gods antwoord op de mislukking van Jezus.
Dit blog is een uitwerking van het doorgaande gesprek met de Bijbel, zoals omschreven in het boek Liberaal christendom.