Breek de kerk maar af
Geschreven door Tom MikkersJe zou er bijna kwaad van spreken. Christa Anbeek, remonstrants hoogleraar theologie voert – vrij naar Franciscus van Assisi – in een bundeltje met dromen van Remonstranten over hun kerk een fictieve personage Francesca ten tonele die droomt van een kerk die wordt afgebroken. Ze laat haar personage binnenwandelen bij de vierhonderdjarige herdenking van de Remonstranten in de monumentale remonstrantse kerk waar de feestjubel vanaf de kansel – dit klopt dan weer wel, zo las ik in een landelijke courant – in het teken staat van een heuse richtingenstrijd.
Francesca twijfelt. Is dit de kern van het Evangelie? Is dit de 21e-eeuwse vertaalslag die nodig is om het Evangelie van onze Heer Jezus Christus te laten klinken? En dan klinkt er diezelfde stem die Franciscus ooit hoorde “Breek mijn kerk” af. De verwarring slaat toe en Francesca wandelt naar buiten. In het licht, de stad in, de bedelaar tegemoet.
Oude Bijbelse traditie
Het is een gewaagde gelijkenis van Christa Anbeek. Kan een hoogleraar theologie die de kerk dient wel zo’n verhaal vertellen? Dient zij niet bevestigend te spreken over de kerk en haar ambtsdragers? Persoonlijk hou ik meer van een gelaagd verhaal dan van eendimensionale woorden die glad strijken en toedekken. Toen ik het verhaal las, dacht ik vooral: Christa doet waarvoor ze is aangesteld: ze houdt ons bij de les.
Het verhaal over Francesca staat bovendien in een oude Bijbelse traditie. Was het niet Jezus zelf die ooit wat zei over het afbreken van de tempel? Maar ook recent klinkt er in reliland het geluid om theologie af te breken. De term daarvoor is ‘deconstructing theology’. Dat is een vrij eenvoudige wijze van theologiseren. Stel jezelf de vraag wat het geloof niet nodig heeft en wat niet tot de kern behoort van de aloude oproep om God en je naaste lief te hebben. En laat het los. Breek het af want het is ballast.
Predikanten als vroedvrouwen
Het staat natuurlijk vrij om te beweren dat kerkbanken, een preekstoel, zwarte toga of richtingenstrijd tot de essentialia van het geloof horen dat onopgeefbaar is. Maar volgens mij verwarren we dan doel en middel met elkaar. De kerk is een gemeenschap van mensen die worden uitgedaagd om te bewegen naar het goede. Niet om stil te blijven zitten in kerkbanken. En predikanten zijn de vroedvrouwen van dat woord dat in beweging zet. Een mooier beroep is er eigenlijk niet.
In het verhaal van Christa Anbeek staat Francesca op. En hier laat ze misschien wel zien wat Jezus bedoelde met de woorden: Breek deze tempel maar af, ik zal hem in drie dagen weer opbouwen. Francesca geeft haar portie 400 jaar remonstrantse tempel aan Fikkie als ze naar buiten wandelt. Ze kiest voor de kerk juist door naar buiten te gaan, naar het licht. Zo bouwt ze de kerk op.
Laat het los
Menig tempelganger voelde zich tweeduizend jaar geleden geschoffeerd toen Jezus beweerde dat hij de tempel kon afbreken en opbouwen. En ik vermoed dat Francesca sommigen onder ons ook hoofdschuddend achterlaat. Wordt hier opgeroepen door de Remonstrantse hoogleraar om haar eigen kerk af te breken en maar wat te wandelen in de stad? Krijgt een dienaar des woords hier te horen dat zijn of haar werk niet van waarde is? Ik hoop dat ze het verhaal van Christa Anbeek nog eens lezen. De Bijbeltekst erbij pakken en de moeite nemen om – al dan niet geholpen door allesweter Google – wat te lezen over ‘deconstructing theology’.
Verontwaardiging is de valkuil bij het verhaal van Christa Anbeek. Hoop de uitnodiging. Dus stel je zelf eens de vraag. Wat heb jij eigenlijk niet nodig om God te naderen? … let it go!