Voltooid Leven: de kerk als lege plek in het hoge gras
Geschreven door Mignon van BokhovenVoltooid Leven is een onderwerp dat leeft in het maatschappelijk debat, in de pastorale praktijk van de remonstrantse gemeenten, bij artsen, psychologen en ervaringsdeskundigen. Op woensdag 7 februari waren wij met 22 remonstranten te gast voor een rondetafelgesprek in het Bartholomeüs gasthuis om te spreken over dit moeilijke thema. De avond is bedoeld als een eerste aanzet om te kijken hoe een gezamenlijk gesprek onder remonstranten er uit zou kunnen zien, hoe we hier handen en voeten aan geven en te onderzoeken welke thema’s in ieder geval op de kaart gezet moeten worden. Als vervolg op deze avond zullen bijeenkomsten georganiseerd worden zodat de kring van gesprekken zich kan uitbreiden.
Gespreksleider is Alexander Rinnooy Kan op uitnodiging van algemeen secretaris Joost Röselaers. Hoogleraar Christa Anbeek verzorgt de inleiding. We zitten in de Regentenzaal, die een lang leven ademt. Aan de wanden hangen prachtige gobelins met geborduurde bomen vol in het blad, in alle tinten groen, op de takken kleurrijke vogels. Net zo kleurrijk ontwikkelt zich het gesprek. De toon is vaak vragend en aarzelend wordt gezocht naar woorden. Er klinken ontroerende en indringende verhalen en verbijstering over hoe fout het soms kan gaan.
Voltooid leven zonder doodswens
Christa vertelt over de gesprekken die ze heeft gevoerd met medewerkers van de levenseindekliniek en over hoe leven en dood altijd gaan over de relatie met onszelf, met elkaar en met de ander, of de Ander. In het gesprek dat volgt klinkt vaak het woord autonomie, de wens om zelf te beschikken over leven en dood. Tegelijkertijd komen talloze dilemma’s en paradoxen ter tafel. Iemand oppert de intrigerende vraag of je je leven als voltooid kunt beschouwen zonder dat je daar een doodswens aan verbindt. Een verhaal raakt me, het verhaal van een ernstig zieke die innerlijk besluit het sterven aan zich te laten gebeuren, die zo op heel andere wijze toch autonoom met sterven omgaat. Daarbij gaat het ook om wachten en tijd nemen voor elkaar en om het uithouden van het lijden van de ander.
Na de pauze wordt de gespreksleider iets ongeduldiger. Een bijeenkomst van remonstranten moet toch ook over geloof gaan, en over hoe we als kerk denken over voltooid leven? Zeker bij een geloofsgemeenschap die het woord autonomie niet uit de weg gaat? En toch wordt het gesprek weer vragend en zoekend. Ik vind het mooi. Iemand spreekt troostende woorden over haar vertrouwen dat elke stervende valt in Gods hand. Er wordt naar elkaar geluisterd. Veel gesproken ook, maar ja dat is ook de vorm waar deze avond voor gekozen is: om sprekend met elkaar uit te wisselen.
Ga nu maar liggen liefste in de tuin
Christa opende de avond met een gedicht van Rutger Kopland over lege plekken in het gras en over het belang om zo’n lege plek voor elkaar te zijn, te blijven, tot het einde toe, hoe dat einde er ook uit ziet. Op de wandkleden zie ik tussen de bomen lange lanen om samen op te lopen en te dwalen en verdwalen en om te zwijgen en lange gesprekken te voeren. Zo’n plek mag de kerk voor mij ook zijn, een plek waar we open praten over (on)voltooid leven.
Ga nu maar liggen liefste in de tuin,
de lege plekken in het hoge gras, ik heb
altijd gewild dat ik dat was, een lege
plek voor iemand, om te blijven
Rutger Kopland